Translate

29 augustus 2005

Ouderleed en oudervreugd

Het is bekend, dat in vroeger tijden de kindersterfte zeer hoog was. In mijn bestand zijn vele voorbeelden te vinden van in dit opzicht zwaar getroffen gezinnen. Maar een van de meest schrijnende vind ik toch wel dat van Jan Matthijs Hesselink en Aaltje Barmentloo in Amsterdam, waarin maar liefst vijfmaal een zoontje werd geboren, dat naar de naam Antonie had moeten luisteren. Had moeten, want de jongetjes gingen dood, voordat ze dit beseften. Jan Matthijs en Aaltje ondertrouwden op 8 december 1758 in Amsterdam en traden in het huwelijk in Waverveen op 24 december. Hun eerste zoon Hendrik Jan, geboren in 1760, bereikte de volwassen leeftijd. Zijn huwelijk bleef overigens kinderloos. Maar toen begon de ellende voor de familie. Even een overzicht van dopen:
Antonie op 22-9-1762 (overleden na 2 maanden)
Antonie op 14-12-1763 (overleden na 13 maanden)
Antonie op 11-9-1768 (overleden na 13 maanden)
Antonie op 5-5-1771 (overleden na 2 weken)
Antonie op 2-5-1773 (overlijdensdatum niet bekend, maar vermoedelijk ook jong gestorven)
Bovendien nog een meisje in 1775, dat ook maar 2 maanden oud mocht worden. Het leed zal enigszins zijn verzacht door twee andere dochters, die wel de volwassenheid hebben bereikt en voor nakomelingen hebben gezorgd.

Tegenover ouderleed staat natuurlijk oudervreugd. Was daar sprake van bij Willem Dotinga en Baukje Nauta, die trouwden op 1 mei 1919 in de Friese gemeente Rauwerderhem? Zij kregen voor zover ik kan nagaan 17 kinderen tussen 1920 en 1941. Een wereldrecord? In elk geval heb ik in mijn bestand geen groter gezin genoteerd en de geboortes volgden elkaar in rap tempo op. En het opvallende is, dat hier geen enkel kind jong is overleden (inderdaad is de kindersterfte na 1880 in het hele land sterk afgenomen). De meesten zijn geëmigreerd naar de V.S. en Canada, waar ze vaak ook weer grote gezinnen hebben gesticht.

Geen opmerkingen: