Translate

27 januari 2008

Muurhuizen

Tussen oude papieren van mijn grootmoeder H.E.C. Hesselink-van de Kamer (1874-1967) dook laatst bijgaand Amersfoorts prentje op, vervaardigd door S. van Heukelom. Het stelt Muurhuizen voor en dat zei mij ogenblikkelijk wat. Uit vroeger onderzoek in het archief was mij namelijk bekend, dat voorouders van mij (en van haar), te weten Jan Cornelissen van Kesteren en Margaretha Cornelissen van Hoppesteijn, in 1745 "een huis en erf in de Muurhuizen tot aan de Singelgracht, genaamd het traphuis bij de Kamperbinnenpoort. Met al wat aard- en nagelvast is" kochten. Zou mijn grootmoeder geweten hebben, dat haar voorouders aan Muurhuizen hebben gewoond? Zeer waarschijnlijk niet, maar zelf heeft ze wel van 1920 tot 1967 in Amersfoort gewoond op het adres Kon. Wilhelminalaan 19.

Muurhuizen, merkwaardige naam. Het is een nog bestaande straat en ik heb eens uitgezocht, waar de naam door is ontstaan. Amersfoort is een 1000 jaar oude plaats aan de Eem (oude naam: Amer). De uitgang -foort duidt op een doorwaadbare plaats in de rivier. Vanwege de strategische ligging nam het belang van Amersfoort toe en in 1259 kreeg het stadsrechten. Niet lang daarna volgde de bouw van een stenen muur met een lengte van 1550 meter, omgeven door een gracht. Maar de bevolking bleef groeien en rond 1450 was een nieuwe stenen muur voltooid met een lengte van 2850 meter. De ommuurde stad was qua oppervlak maar liefst driemaal zo groot geworden. De oude muur werd afgebroken, maar op de fundamenten daarvan werden huizen gebouwd, die inderdaad 'muurhuizen' werden genoemd. Ze volgen precies het tracé van de oude muur. Op een plattegrond van Amersfoort is dit alles nog goed te zien.

26 januari 2008

Blurbarian

Hebt u mij al gefeliciteerd? Ik ben een Blurbarian, goed hè? Vind ik wel tenminste, want ik heb wel eventjes Blurb Booksmart gedownload en geïnstalleerd op m'n PC! Volgens de softwaremakers mag ik mij nu dus een Blurbarian noemen. Het klinkt bijna Armeens.

Blurb dus, een bedrijf dat boeken voor je drukt, die je zelf hebt gemaakt met behulp van Booksmart. Het kan er heel professioneel uitzien op die manier. Voorlezen uit eigen werk wordt zo een peulenschil. Of moet het een prentenboek worden? Kan natuurlijk ook. Blurb is een voorbeeld van een nieuwere internetapplicatie, die Printing On Demand of ook wel Personal Publishing wordt genoemd. Je ontwikkelt een boekwerk (tekst, opmaak, illustrates, layout) en een bedrijf als Blurb zorgt voor de produktie ervan. Diverse formaten zijn mogelijk en je kunt kiezen tussen een hard of een zacht kaft. Het werkt een beetje als Powerpoint of Frontpage, je kunt uitgaan van een groot aantal templates, die je naar eigen inzicht kunt aanpassen. Het ziet er gelikt uit. Eigenlijk kan een kind de was doen, en ik ook. Voor een goed resultaat moet je er tijd, aandacht en liefde in stoppen, maar dat geef je immers iedere baby van je? Wanneer het resultaat je bevalt (advies: maak eerst zelf een print), dan kun je het met behulp van Booksmart gemaakte boek uploaden naar Blurb, die het vervolgens voor je drukt dan wel print, inbindt en je toestuurt. Eén exemplaar of duizend stuks, het doet er niet toe. Kosten: vanaf ca. €10,00 voor 20-40 pagina's.

In de komende tijd ga ik mijn Blurbarian status zeker waar maken. Het is namelijk perfect voor een genealogieboek(je) in een kleine oplage. En wil je er later nog eens enkele stuks bij laten maken, dan is dat geen enkel probleem. Een bewerkte tweede druk zo gezegd. Op deze manier kun je zonder grote financiële risico's ook eens oefenen voor een eventuele latere grote uitgave van een al dan niet genealogisch getint boekwerk. Boekauteur was ik namelijk nog niet eerder. Dat debuut komt er dus, verder verraad ik nog niets. Maar hou de literaire pers in dit jaar wel in de gaten!

Wie al eerder met Blurb of een andere Printing On Demand methode ervaring heeft opgedaan, wordt verzocht dat hier als commentaar te plaatsen.

De illustratie is afkomstig van Geneaknowhow.net.

25 januari 2008

Vernoemen

In het katern van het Nederlands Dagblad van vandaag staat een aardig artikel "Waarom vernoemen wij niet meer?" van de hand van Gert van de Wege. Hij gaat in op de eeuwenoude, maar inmiddels vrijwel verlaten, traditie om een kind de naam van een groootouder, ouder of een ander familielid uit zijn voorgeslacht te geven. Elke familie had zijn eigen namen, al dan niet karakteristiek. Uit iemands voornaam kon je soms al afleiden, uit welke familie of uit welke streek iemand afkomstig was. De achtergrond was vermoedelijk, dat je er een zekere continuïteit mee uitdrukte, van verbondenheid tussen de generaties. In je kinderen komen je ouders weer tot leven. De fakkel wordt voortgedragen en het is de moeite waard dat te doen. Je mag de naam van je voorouders dragen. Verder is het dragen van een familienaam een teken daarvoor, dat je geen eenling bent, omringd door andere eenlingen, maar dat je wezen bepaald wordt door iets wat groter is dan je zelf. Wanneer je de naam van je grootmoeder draagt, dan spiegel je je aan haar. Overigens heb ik in mijn bestand vele personen, die genoemd zijn naar de doopgetuigen. Met name ook in Amsterdam in de 18e eeuw.

Verder gaat de auteur in op het fenomeen dagheilige. Als voorbeeld noemt hij Maarten Luther, die zo heette, omdat hij op een bepaalde dag (van de heilige Martinus) was geboren. Ook bijbelse namen komen aan bod, waar natuurlijk niets op tegen is, maar met vernoeming hebben ze niets te maken.

Het zelf kiezen van soms exotische namen is een uitdrukking van het ontbreken van natuurlijke verbanden van familie, dorp of streek. Wij zijn ontworteld, onthecht, vervreemd. 'Netwerken', oftewel de schepping van ons eigen milieu, is daarvoor in de plaats gekomen, maar is geen volwaardige vervanger. Volgens de Canadese filosoof Charles Taylor is het ontbreken van natuurlijke kaders zeer nadelig. Ook het vernoemen naar een voorouder houdt zo'n kader in stand. We mogen met trots de naam van iemand anders dragen. Het was niet zo maar iemand!

En hoe zit dat met mij? Mijn kinderen zijn deels vernoemd, zelf ben ik dat ook, maar mijn broers en zuster weer niet. Mijn ouders wel en inderdaad is het in hun families door de eeuwen heen ook gebruik geweest.

Bij de afbeelding (dezelfde als bij het artikel in het Nederlands Dagblad):
"Zacharias geeft Johannes zijn naam", schilderij van Fra Angelico uit 1434, collectie San Marco Museum, Florence.


1 januari 2008

Jasta

Al bedacht wat een Jasta is? Op de eerste dag van het nieuwe jaar gaan we maar eens terug naar de Eerste Wereldoorlog (1914-1918), waarin Nederland zoals bekend neutraal bleef. De sympathie van het Nederlandse volk voor de voornaamste strijdende partijen, de Duitsers en de Fransen, bleef verdeeld en was aan veranderingen onderhevig. Sommige Nederlanders namen wel dienst in de legers van deze landen. In Franse dienst vochten waarschijnlijk ca. 500 Nederlanders mee, aan Duitse kant maar 4! Eén van die vier was Johan Frederic Antonius Désiré Hesselink, die op 3 juli 1894 in Haarlem is geboren als zoon van de infanterie officier Gerrit George Alexander Hesselink en jonkvrouwe Aleida Sybilla Sara Quintus. In juli 1914 werd "Johann Hesselink" Fahnenjunker (vaandrig) bij het Thüringisches Ulanen-Regiment Nr. 6 (Hanau). Waarom hij dat deed? Vermoedelijk vanwege het feit, dat hij een neef in Duitsland had (Von Gizycki), die daar officier was. In 1915 werd hij bevorderd tot luitenant en kreeg hij een vliegeropleiding aan het Adlerhof. In 1917 werd Johan vechtpiloot en uiteindelijk commandant (Staffelkapitän) van een Jasta (Jagdstaffel), een eskadron bestaande uit 14 toestellen (en 18 piloten, benevens 130 manschappen). Op de foto ziet u een dergelijke Jasta (in dit geval Jasta 30, maar Johan was eerst bij Jasta 33 en vanaf maart 1918 commandant van Jasta 39). Op 18 oktober 1917 werd hij tijdens een luchtgevecht gewond, maar hij herstelde en kon zijn aktieve loopbaan voortzetten. Hij ontving nog wel het IJzeren Kruis 1e en 2e klasse. Per slot van rekening was hij bij enkele luchtgevechten als winnaar uit de bus gekomen. Op 20 december 1918 overleed hij in Hannover aan de Spaanse griep. Hij werd dus slechts 24 jaar oud.

Nu nog even snel naar Johan's zus Anna (1892-1970), die in 1915 getrouwd was met Ludwig Osius uit Kassel. Zij scheidden in 1930. Hun beide zonen waren Duitse militairen. Gert Osius sneuvelde in 1941 in Petruschino (gelegen aan de Newa bij Leningrad, nu Sint Petersburg, Rusland), zijn broer Kraft Osius in 1944 in Orglandes (Frankrijk). Gert´s overlijdensadvertentie verraadt iets van de innerlijke spanning bij zijn moeder: "Hij sneuvelde in Rusland te midden van zijn MANNEN in het vaste geloof aan een betere toekomst voor zijn Vader- en Moederland". Vader- en Moederland!

Waren deze Hesselink´s familie van mij? Daar kan ik duidelijk in zijn: een beetje. Hun voorvader Harmanus Hesselink uit Zutphen (1740-1798) was een verre neef van mijn voorvader uit die tijd. Toch apart, dat de familienaam langs verschillende lijnen in al die jaren onveranderd is doorgegeven.