Translate

30 mei 2007

Digitale grafsteen

Onderstaand bericht plukte ik net van een nieuwsdienst, het is toch nogal opmerkelijk:

"Begraafplaats Rhenen heeft primeur digitale grafsteen

Woensdag 30 mei 2007, 13:59 - Begraafplaats de Larikshof in Rhenen heeft de primeur van de eerste digitale grafsteen in Nederland. De interactieve zerk is uitgerust met een beeldscherm. De grafsteen wordt gemaakt door een steenhouwerij in Veenendaal. "De zerk opent een wereld van ongekende mogelijkheden die de nabestaanden in staat stelt de mooiste momenten van de overledene op een gedenksteen levend te houden", aldus een woordvoerder van het bedrijf. De grafsteen is uitgerust met een beeldscherm waarop filmpjes of diavoorstellingen te zien zijn die door de nabestaanden zijn aangeleverd. De zogeheten 'digizerk' is vanaf deze week verkrijgbaar, zo meldt het ANP. Volgens de begraafplaats wordt de eerste digizerk donderdag geplaatst. Bezoekers van de Larikshof hebben echter wel een speciale accu nodig om het beeldscherm van de grafsteen te activeren."

Het doet een beetje denken aan die andere noviteit, het
virtuele graf op internet. Dit is natuurlijk minder virtueel, maar wel virtuoos.

Koning Gorilla

De laatste weken was gorilla Bokito vanwege zijn escapades in de Rotterdamse Diergaarde Blijdorp voorpaginanieuws. O.a. Henk Algra heeft het op zijn blog Onderweg op een aardige manier behandeld. Volgens de apenkenners had de actie van Bokito alles met sex te maken, en het uitbreiden van zijn harem.

Grappig is, dat juist vorige maand Hanno de Iongh een vademecum liet verschijnen (door Uitgeverij Aspekt B.V., ISBN 9789059111059) met als titel "De bastaarden van Koning Gorilla en hun nakomelingen" ('Koning Gorilla' was een spotnaam van Koning Willem III, de overgrootvader van Beatrix). Volgens mij heeft de auteur, die in Vlaardingen woont, zijn mede-Rijnmonder Bokito ingehuurd om het boekje onder de aandacht van het Nederlandse volk te brengen. En laat ik Hanno nou kennen, we houden er zelfs, samen met initiatiefnemer en webmaster Hendrikjan Hoffman, al jaren een
gemeenschappelijke genealogische website op na. Hij is ook nog familie van mij en wel via onze betovergrootvader Herman Gijsbert Keppel Hesselink (1811-1888). Hanno de Iongh heeft eerder soortgelijke boeken geschreven, zoals 'Bastaarden van Oranje' en 'Europese koninklijke bastaarden'. Maar laten we het over Koning Gorilla hebben en het nieuwste boekje van Hanno.

Willem III was een schuinsmarcheerder en potloodventer, die met talloze dames het bed heeft gedeeld. De auteur heeft er minstens dertig geïdentificeerd, en alleen die, welke voor nageslacht van de koning hebben gezorgd. Van Hendrika Maria Bohenkamp in 1835 tot Jentien Mastebroek in 1885. Het nageslacht van deze bastaarden wordt eveneens uit de doeken gedaan, tot op de huidige dag. Hoe Hanno aan zijn wijsheid komt blijft zijn geheim, want bronnen worden niet of nauwelijks genoemd. "Volgens familieoverlevering" heet het dan, of "met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid". Dit is weliswaar begrijpelijk, maar zo kan niets worden geverifieerd en bestaat het gevaar, dat het op een sprookje gaat lijken. Er was eens een koning! Maar ook met een sprookjesboek is niets mis. 170 blz, met persoonsregister. Het kost €16,95.

Bij de foto (collectie Ard Hesselink): Deze In Memoriam Koning Willem III kaart bevindt zich, samen met een portret van zijn dochtertje Prinses Wilhelmina, in een oud fotoalbum van mijn overgrootmoeder, die leefde van 1841 tot 1940. Verder bevat het album vooral portretten van familieleden, kinderen, etc. Dat geeft toch te denken! Het zal toch niet? Reden voor mij, mijn afstammingslijnen nog eens aan een kritisch onderzoek te onderwerpen. Conclusie: geen Gorilla te bekennen. Voor de zekerheid heb ik ook nog eens in mijn vinger geprikt, er kwam bloed uit. Met de kleur waarop ik gehoopt had: rood.

27 mei 2007

Bled

Sinds de invoering van de burgerlijke stand in 1811/1812 is alleen de burgerlijke overheid bevoegd huwelijken te sluiten. De kerken kunnen een huwelijk nog wel inzegenen, maar dat heeft verder niets met de eigenlijke trouwceremonie te maken. Daarvoor heb je een ambtenaar nodig. Heel lang was het vanzelfsprekend, dat dit gebeurde in een ruimte in het gemeentehuis, maar de laatste decennia worden ook buiten het gemeentehuis bepaalde lokaties door de gemeente aangewezen, waar het bruidspaar kan trouwen. Dit kan een vuurtoren, watertoren of ook een oud kerkje zijn. Om maar iets te noemen. Trouwen in de open lucht is volgens mij in Nederland nergens aan de orde, maar ik kan mij vergissen.


Anders is dat in Slovenië. Op 28 april 2007 was ik als gast aanwezig bij een huwelijk in Bled. Daar kan in de open lucht worden getrouwd op het prachtige kasteel hoog boven het beroemde meer. Fantastisch! Hoe het er bij een willekeurige trouwerij aan toegaat kan hier worden bekeken, het is inderdaad een compleet arrangement. De trouwceremonie vond, bij schitterend weer, plaats in de open lucht, zoals de foto´s bewijzen. Mijn zoon was trouwgetuige van de bruid. De trouwambtenaar, compleet met ambtsketting, wilde de toespraak ten behoeve van de Duitse bruidegom wel in het Duits doen, maar hij mocht dat niet. Dus was het allemaal in het Sloveens, de moedertaal van de bruid. Wel werd er een Engelse vertaling geboden.

Wie heeft voor de nabije of verdere toekomst trouwplannen en twijfelt nog over de lokatie? Denk eens aan Bled!

21 mei 2007

Familiedrama

Met de broers van mijn overgrootvader Cornelius Dasse Keppel Hesselink heb ik u al eens laten kennismaken. Vandaag wil ik het speciaal hebben over Hendrik, de jurist. Het was mij al jaren geleden opgevallen, dat zijn overlijdensplaats en -datum (Nijmegen 21 juni 1899) overeenkwamen met die van zijn vrouw. Het lag dus voor de hand te veronderstellen, dat zij bij een ongeluk samen om het leven waren gekomen (eerst dacht ik zelfs, dat het op een verschrijving berustte). Tien jaar geleden besloot ik op onderzoek uit te gaan in het gemeentearchief van Nijmegen en speciaal de kranten van die dagen eens na te lopen. Want zoiets zou niet onvermeld zijn gebleven. Het verhaal stond inderdaad in geuren en kleuren in de Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant van Vrijdag 23 Juni 1899 en de toedracht was anders dan verwacht. Leest u zelf mee:


"Nijmegen, 22 Juni
Gisteren heeft zich alhier een drama afgespeeld, waarvan wij op verzoek van de familie niet aanstonds melding hebben gemaakt. In een kleine villa aan de Voorstadslaan woonde mr. H.K.H., O.-I.. rechterlijk ambtenaar met verlof en zijn gezin, bestaande uit zijne echtgenoote en twee kinderen. Toen mevr. K.H. omstreeks half elf bezig was met het begieten van bloemen in den voortuin ontving zij plotseling een schot, dat haar in de rechterzijde trof. Zij kon nog eenige passen doen naar den tuin der buren, waar zij echter neêrstortte. De toegebrachte wonde was zoo hevig, dat mevr. K.H. kort daarna bezweek, zonder een woord te hebben kunnen uiten. Personen, die zich in de Voorstadslaan bevonden, zagen een heer - mr. K.H. - in vollen vaart wegrennen in de richting naar de stad. Intussen werd der gewonden vrouw hulp verleend door den heer Dr. van Duijl, die juist met zijn rijtuig passeerde, en begreep men, dat niemand anders dan haar echtgenoot het schot kon hebben gelost; niemand was daarbij echter tegenwoordig geweest.‘s Namiddags omstreeks één uur heeft mr. K.H. zelf met een revolverschot een einde aan zijn leven gemaakt op een der kribben achter het voormalige fort Kraaijenhof, hetgeen door een op de andere krib zittenden visscher werd gezien. Politie en maréchaussée waren spoedig ter plaatse en is door de zorgen der politie het lijk naar de woning aan de Voorstadslaan overgebracht.Van bevoegde zijde wordt ons nog medegedeeld, dat mr. K.H., die de ontzettende daad aldaar pleegde, reeds gedurende geruimen tijd voor allen, die hem kenden, een psychologisch raadsel was, zoodat ook niemand bizonder verrast bleek bij de tijding, en aan den naamletter in de bladen terstond aan hem gedacht werd. Allerlei dwaze ideeën hadden zich langzamerhand van hem meester gemaakt. Reeds herhaaldelijk voor ‘s lands dienst in Indië afgekeurd, werd toch telkens weder zijn verloftijd met behoud van volle traktement verlengd, kennelijk met het doel, hem voor ‘s lands dienst te behouden. Hij was dan ook lang geen onverdienstelijk ambtenaar. Echter reeds gedurende een reeks van jaren leed hij aan Melancholia, die eindelijk den vorm aannam van vervolgingswaanzin. Hij vreesde voor veel en bijna voor ieder, was eenzelvig en deed uiterst geheimzinnig en bedektelijk. Deze waanzin werd van dien aard, dat de bekende noodlottige afloop het gevolg er van was."

Vervolgens een advertentie van 24 Juni:

"Eergisteren overleden te Nijmegen mijne geliefde Kinderen
Mr. HENDRIK KEPPEL HESSELINK, O.I. Rechterlijk Ambtenaar met verlof
en zijne Echtgenoote
JOSINE JONKHEIJM.
Uit aller naam
Mevr. Wed. H.G. KEPPEL HESSELINK-VIëTOR
Renkum, 23 Juni 1899.
Volstrekt eenige kennisgeving"

Tenslotte een bericht over de begrafenis in de krant van Zondag 25 en Maandag 26 Juni 1899:

"Nijmegen, 24 Juni
Hedenvoormiddag had op de begraafplaats “Rustoord”, van de Herv. Diaconie alhier, de begrafenis plaats van mevrouw en mr. K.H., Woensdag j.l. alhier op zoo droevige wijze overleden. Een groote menigte was op de been langs den weg, dien de treurige stoet volgde. Op de kist van mevr. K.H., die in den eersten lijkwagen werd vervoerd, waren vele schoone bloemen neergelegd.De aanwezigheid der beide kinderen aan het graf hunner ongelukkige ouders gaf iets diep tragisch aan deze teraardebestelling, die overigens in grooten eenvoud werd voltrokken."

Dramatisch, nietwaar? Dat vond de familie indertijd ook en het voorval werd uit het collectieve geheugen gewist - er werd niet meer over gesproken. De beide kinderen hebben het drama later ook naar hun eigen kinderen toe verzwegen. Zelfs ik heb 10 jaar getwijfeld, of ik het verhaal naar buiten zou brengen, maar vandaag is het er dan. Er zijn een paar opvallende zaken te noteren. De familie had kennelijk tijd nodig om op een adequate manier op de gebeurtenis naar de pers toe te reageren. Er moest een verklaring komen, maar welke? Het werd gegooid op de dwaze ideeën van broer Hendrik. Misschien was hij inderdaad somber, maar dat had dan misschien wel een oorzaak en zou wel eens kunnen liggen in de ontrouw van zijn vrouw Josine, die een relatie had met haar zwager, die kort daarvoor weduwnaar was geworden. Zou je er niet gek van worden? En tot een wanhoopsdaad komen? Een misdaad uit passie, maar dat kon natuurlijk niet in de krant. Dit althans is mijn lezing. Deze geschiedenis heeft zeker vele, vele jaren lang als een donkere wolk boven de familie gehangen en verhoudingen vergiftigd. Mogelijk heeft het ook geleid tot de scheiding van mijn overgrootouders in 1902.

Informatie uit het bevolkingsregister Nijmegen: Josine vestigde zich met de kinderen op 7-9-1897 op het adres Voorstadslaan 324 te Hees, afkomstig van Heerlen. Hendrik volgde op 28-7-1898, afkomstig van Batavia. De kinderen gingen op 25-8-1899 naar Arnhem.

Het graf is in 1999 geruimd. Zouden de kogels toen nog zijn aangetroffen?

Op de plattegrond uit 1865 in rood het Fort Kraaijenhoff en de Voorstadslaan. Door erop te klikken kan de kaart groter worden gemaakt.



14 mei 2007

Glas

Een venster van de Dom van Regensburg
Een tijdreis door de glazen Europesche cultuurgeschiedenis kan aan de toeristische Glasstrasse in het Bayerische Wald worden gemaakt. In dit gebied wordt al sedert minstens zeshonderd jaar glas geproduceerd. Dat geldt ook voor het aangrenzende Boheemse Woud in Tsjechië. In Frauenau bevindt zich het zeer fraaie, modern ingerichte glasmuseum en vorige week was ik daar op bezoek. In het museum begint de tijdreis bij de antieke culturen van Mesopotamië en Egypte, gaat via de Romeinen naar de steden met de middeleeuwse kathedralen, vervolgens naar Venetië, de Renaissance en de Barok, om uit te komen bij de industriele revolutie van de negentiende eeuw en de moderne glasproduktie van de tegenwoordige tijd. Glas is een fascinerend materiaal dat, bewerkt door vaklieden, oneindig vele vormen kan aannemen. Glas als kunstuiting en als gebruiksartikel. Het museum laat er prachtige voorbeelden van zien. Bert Haanstra's korte film 'Glas' wordt er ook vertoond.

Als genealoog vraag ik mij in elke bezochte plaats af, of voorouders van mij daar hebben gewoond. Zo verbind ik steeds plaatsnamen met familienamen. Honderden van zulke combinaties heb ik paraat. Uit het Beierse Woud komt, voor zover ik weet, geen verre voorvader, maar in het museum was het wel net alsof ik leden van de familie Van Marienhoff in levenden lijve ontmoette. Zij waren meerdere generaties lang 'glaesemaeckers' in de stad Utrecht. De oudste, die ik heb kunnen achterhalen, is Henrick Itzen van Marienhoff. Hij moet rond 1540 zijn geboren. Diens achterachterachterkleindochter Agatha van Marienhoff (geb. 1690) trouwde met de Goudse glazenmaker Albert Mering en hun dochter Christina met de Culemborgse verver en glazenmaker Leendert Denick (geb. 1708 te Maassluis). Zo zie je maar weer eens, hoe er binnen een bepaalde beroepsgroep huwelijken werden aangegaan en deze lijnen soms door de eeuwen heen zijn te volgen. Net als nu werd ook vroeger het schildersberoep vaak samen met dat van glasmaker dan wel glaszetter uitgeoefend.

Maquette van een glasblazerij, zoals te zien in het glasmuseum
te Wertheim (Duitsland).
Ook moest ik in het glasmuseum denken aan een andere voorvader, namelijk Hendrik Stolle. Hij was glasblazer en mogelijk afkomstig van Hagen of Herdecke in het Roergebied. Hij vestigde zich in Amersfoort, waar hij in 1746 trouwde. Zijn zoon Casper Stol werd eveneens glasblazer in Isselt en Nijkerk. Ook zijn genen zijn in mij aanwezig. De glasmakers vormden trouwens een nogal vrij volkje, dat zich weinig aantrok van rangen en standen of de beperkingen van de gilden. Zij reisden, gedreven door economische motieven, dikwijls door Europa. Opzegtermijnen bedroegen soms maar een uur en ze waren binnen het volgend uur vaak al weer op weg naar een volgend avontuur. Specialisten als zij waren immers overal welkom.
Als brildrager heb ik altijd glas voor ogen, ook al is het tegenwoordig dan nepglas. Het is glashelder, dat mijn voorouders daarentegen zo echt zijn als het maar zijn kan. Hoewel, voormoeders zijn zekerder dan voorvaders. Maar dat is een ander verhaal, voor later.