Translate

18 januari 2010

Hugenoten

Strikt genomen hebben in Nederland en andere landen buiten Frankrijk geen Hugenoten gewoond. De mensen, om wie het hier gaat, werden alleen in Frankrijk door de Rooms-Katholieken aldaar zo genoemd. Want 'Hugenoot' was een Frans scheldwoord voor de aanhangers van Calvijn en andere ketters. Toen de Hugenoten eenmaal gevlucht waren voor de vervolging in Frankrijk, waren het in hun nieuwe vaderland gewoon protestanten of waals-gereformeerden. Op internet is veel over de Hugenoten te vinden, een heel aardig artikel vond ik dat van collega-genealoog A.W. Slager.

Veel van de Franse protestanten zijn in Nederland terechtgekomen. Omdat er nogal wat goed opgeleide mensen bij zaten, vooral ook die een vak hadden geleerd, werden ze in het algemeen hier met open armen ontvangen. Rond 1700 maakten in Amsterdam de Fransen al ongeveer 10% van de bevolking uit. Een andere stad met veel aantrekkingskracht voor de Franse protestanten was Leiden met een belangrijke textielnijverheid. Verder zaten de Hugenoten in Zeeland, vooral Walcheren en Zeeuws-Vlaanderen. Het is dan ook heel begrijpelijk, dat veel mensen met voorouders uit die contreien ook Franse wortels blijken te hebben. Bij mij is dat niet anders. Ik noem er een aantal:

Amsterdam

  • Agran Chesnel (later werd de familienaam Snel). Hij kwam rond 1625 uit Sedan, samen met zijn vrouw Susanne Jamme (Janne, Gemme, Gamme). Nadien trouwde hij met Marie Pelo. Hij was scharenslijper van beroep. Nakomelingen van Agran met de naam Snel zijn nog in leven. Een aangetrouwde Franse familie was bv. Durant.
  • Claude Simaij (Symé, Simet) is mogelijk samen met Agran Chesnel uit Sedan gekomen. Zijn vrouw heette Marye Maliser.
  • Miche Blanchenoij, herkomst onbekend, maar deze familienaam komt voor in Antoign in Waals Brabant. Hij moet rond 1642 samen met zijn vrouw Marie Gringolle vanuit Londen, waar zij jaren hadden gewoond, naar Amsterdam zijn gekomen. De naam werd voor sommigen later vernederlandst tot Wittenoot. Aangetrouwde familie: de Fosse (Fossez). Blanchenoij en Wittenoot komen niet voor in de Nederlandse Familienamenbank (NFB) van het Meertens Instituut.
  • Salomon Lannoy (la Noij) kwam rond 1660 via een andere route naar Amsterdam, nl. uit Nieuwkopping in Zweden. Het is bekend, dat veel Hugenoten ook naar Zweden zijn gevlucht. Salomon was zijdegrofgreinwerker.
Leiden
  • Pieter Spillebout zal rond 1695 zijn geboren in Haarlem. Hij was doopsgezind. Zeer waarschijnlijk is hij een zoon van Dirck Spillebout en Beeltje van Diepenbroeck. Vermoedelijke voorouder is dan Jan Spillebout, afkomstig van Nieppe, wonend Haarlem, die in het jaar 1593 te Leiden trouwde met Betgen Snees uit Zuidschote bij Ieper.
  • Mathieu Jenain, kamerijksdoekwerker uit Le Cateau Cambresis, getrouwd in 1605 te Leiden met de Antwerpse Marye Catoir. De naam wordt later o.a. Jeneijn, Geneijn en zelfs De Nijn. Aangetrouwde families o.a. Porette, le Juste en Martyn.
Zeeland
  • Antoine de Mauregnault, geb. Middelburg ca. 1541, die later koopman werd te Keulen. Hij was getrouwd met Jeanne des Enfants uit Mons. Aangetrouwde families o.a de Blécourt, Wille en Coppins (de beide laatsten waarschijnlijk uit Valenciennes). Ook Haesbaert uit Gent was een hugenotenfamilie in mijn voorgeslacht, die later familiebanden met de Mauregnault had.
  • Francois Sohier (Sohyer) uit Nieppe, kwam waarschijnlijk kort na 1639 via Middelburg naar Groede en Breskens. Hij was getrouwd met Marie Ernoult en later met Pirone Carlier uit Estaires. Aangetrouwde families o.a. de Gruson, de Marets uit Beauchamp en le Grand.
  • Abraham Haillieu, die te Groede woonde. Zijn dochter Susanna werd daar op 2-1-1653 gedoopt en zou door het leven gaan als Aillie.
Bij de afbeelding:
Het zg. hugenotenkruis, dat in deze vorm bekend is sinds 1687. De vorm is afgeleid van het Maltezer Kruis. De vier driehoeken, die de armen van het kruis vormen, zijn een verwijzing naar de vier evangelien. De bolletjes aan het einde daarvan hebben betrekking op de acht zaligsprekingen in de Bergrede van Jezus. Ze gelden soms ook als symbolen van de tranen, die vergoten zijn tijdens de vervolgingen. De vrije plekken tussen de vier armen worden opgevuld door vier lelies, het wapen van de Bourgondische hoogadel. Deze verwijzen naar de verbondenheid met Frankrijk. Maar de lelies bestaan ieder weer uit drie blaadjes, zodat dit symbool staat voor de twaalf apostelen. De naar beneden vliegende duif is symbool voor de Heilige Geest. Tegenwoordig wordt het hugenotenkruis door vele protestantse gezindten gedragen, niet alleen in Frankrijk.



1 opmerking:

F. Vader frans.cor@kpnplanet.nl zei

Ik heb bezwaar tegen het gebruik van de naam Hugenoten voor alle frans-sprekende protestantse vluchtelingen.
De echte Hugenoten waren al sinds de 16e eeuw de protestanten in het toenmalige Frankrijk. Die zijn na 1685 naar alle kanten gevlucht. Voor die tijd zijn al veel protestanten uit Vlaanderen e.a Nedrlandse gewesten gevlucht. Als de frans sprekenden daarvan Hugenoten worden genoemd is dat onjuist. Bovendien worden dan de vlaamssprekenden niet vermeld.