Translate

28 februari 2006

Huis te Wedde

In mijn vorige bericht "Jongensjurk" kreeg u al een portretje van Lodewijk van Nassau te zien. Zijn spannende levensgeschiedenis wordt verhaald op deze fraaie website. Daar wordt ook verwezen naar een van zijn militaire successen, de overwinning in de slag bij Heiligerlee in 1568, wat tevens het begin van de Tachtigjarige Oorlog markeert. De stadhouder van de Spanjaarden, graaf van Aremberg, sneuvelde bij die gelegenheid. Dit heerschap was sinds 1561 de eigenaar van o.a. het Huis te Wedde, alias de Burcht. In 1568 werd dit huis ingenomen door de graven van Nassau. Veel meer over verleden, heden en toekomst van dit prachtige huis is te vinden op deze homepage.

Met dit Huis te Wedde heb ik een bijzondere band, ik mag wel zeggen een familieband. De Nassaus waren bij gebrek aan middelen niet in staat het Huis in bezit te houden. Wie duikt omstreeks 1625 in dit gebied op? Een zekere Derck Haselhoff, die uit de buurt van Dortmund kwam. Hij wordt na zijn huwelijk met Geertruijd Luckas in 1628 de nieuwe burggraaf te Wedde. Tot zijn ongetwijfeld talrijke nageslacht mag ik mij ook rekenen, u kunt de lijnen zo u wilt volgen op mijn genealogische homepage. Er lopen zelfs twee lijnen van hem naar mij. Niet jaloers worden!

26 februari 2006

Jongensjurk

Van de site van het Rijksmuseum plukte ik bijgaande afbeelding van een kind in een jurk. Het is Lodewijk van Nassau (1538-1574). Als toelichting stond er bij: "Hoewel het kind een jurkje draagt, gaat het toch duidelijk om een jongetje. Tot omstreeks 1900 was het gebruikelijk om kleine jongetjes jurkjes te laten dragen. Wel was er verschil tussen jongens- en meisjeskleding. Lodewijk van Nassau draagt hier een wambuisje (een typisch mannenvestje), meisjes droegen spits toelopende keurslijfjes. Vanaf Lodewijks linker schouder hangt een leiband naar beneden, waarmee zijn moeder hem kan vasthouden." Elders wordt ook nog verklaard, dat je een jongensjurk ook vaak kunt herkennen aan strikjes op de heupen.

Inderdaad is het kind op de foto (uit 1909) ook een jongetje van een jaar oud. Misschien is zijn jurkje iets minder rijk versierd dan dat van Lodewijk, maar het kind zelf bevalt me beter dan diezelfde Lodewijk. Maar vindt niet iedere rechtgeaarde zoon zijn vader het knapst van allemaal? Als ik mij trouwens niet heel sterk vergis, heb ik in Enschede nog omstreeks 1952 kleine jongetjes in jurkjes zien rondlopen, wat ik toen nogal raar vond.

Wellicht is dit de eerste bijdrage van een serie, waarin mijn vader een rol speelt. Hij is in 2003 hoogbejaard (94) overleden. Het is mijn bedoeling hem steeds in een bepaalde context (in dit geval kleding) te plaatsen en op die manier meer over hem te vertellen. 's Kijken of het lukt.

16 februari 2006

Oom-nicht huwelijk

De zaakwaarnemer Jacobus Hesselink was in 1834 een 68-jarige weduwnaar uit Rotterdam (zijn eerste vrouw overleed al in 1811), toen hij daar in het huwelijk trad met Maria Elsje Riskemulder, die toen 41 jaar oud was. Voor de bruid was het het eerste huwelijk, hoewel zij in 1818 een zoon had gebaard, die net geen 4 jaar oud is geworden. Vader onbekend. Een bijzonder huwelijk, omdat de partners oom en nicht van elkaar waren. De bruid was immers de dochter van de bruidegom's zuster. Een dergelijk huwelijk tussen zulk nauwe bloedverwanten kon niet zo maar worden gesloten, nee, je had de toestemming nodig van Wij Willem, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz. In dit geval werd die vlot verleend. De mogelijkheid van kinderen uit dit huwelijk was dan ook, gezien de leeftijd van het stel, vrijwel te verwaarlozen. Wee hij die er slecht over denkt, maar was hij misschien in 1818 al de vader van dat vroeg overleden jongetje?

13 februari 2006

Domineesgezin

Een opvallend gezin in mijn familie-geschiedenis vind ik dat van Harmen Hesselink en Gijsberta van den Ham (aan haar heb ik trouwens waarschijnlijk mijn voornaam te danken, terwijl zij niet eens een directe voorouder is!). Hier hun portretten. Harmen is geboren in 1772 en hij overleed in 1822. Zijn vrouw leefde van 1777 tot 1824. Omdat hij predikant was, zijn hun vier zonen en een dochter (plus een doodgeboren kind) in verschillende plaatsen geboren. Drie van de jongens werden net als pa predikant. Het valt op, dat zij maar 27, 31 en 30 jaar oud werden. Predikantschap behoedt je dus niet voor een vroege dood. De oudste zoon met de voornamen Hendrik Timotheus Keppel werd geen predikant, maar adjunct schrijver op Zijne Majesteits schip 'Holland'. Ook hij werd niet oud, slechts 23 jaar. Volgens de overlijdensadvertentie stierf hij op 19 januari 1825 in Mahon, de hoofdplaats van het eiland Menorca in de Middellandse Zee, 'aan de gevolgen eener bloedspuwing'. Zijn voornamen (Keppel was de achternaam van zijn grootmoeder) had hij te danken aan zijn op nog jongere leeftijd overleden oom Hendrik Timotheus, een 14-jarige adelborst aan boord van 's Lands schip 'Erfprins', toen dit in 1783 met man en muis verging. Tenslotte is ook de ene dochter maar net 24 jaar geworden. Eerder (zie archief augustus 2005) had ik het al eens over de enorme kindersterfte in vroeger eeuwen, maar dit is ook niet mis. Gelukkig hebben de ouders deze sterftereeks net niet meer meegemaakt.